Column Marian Geling: wat maakt een werkdag bij Prokkel nou zo leuk?
Toen ik tien jaar geleden werd benaderd om de Prokkel2daagse op te zetten dacht ik: oh jee, dat is leuk, maar eh….is het niet té leuk? En kom ik er dan nog wel ooit van af? Dat ik een vooruitziende blik had, blijkt uit het feit dat de Prokkelweek nog steeds een groot deel van mijn werkweek in beslag neemt.
Maar wat maakt nou zo’n werkdag zo leuk?
Allereerst de mailtjes en telefoongesprekken met allerlei verschillende mensen. Een moeder die belt: zij zoekt een Prokkelstage voor haar zoon die op het VSO zit. “Vorig jaar heeft de school het geregeld, hij kwam er zo enthousiast vandaan, ik wil het dit jaar zelf met hem gaan oppakken”. We hebben het over wat hij zou willen en waar hij goed in is. Ze gaat het bespreken met haar zoon. En een oproep maken voor op de website. Dan kunnen wij er daarna over twitteren en het op Facebook zetten. Als ik dit deel met mijn collega Robin, geeft hij aan dat er voor hem misschien al een leuke Prokkelstage op de site staat. Gelukkig heb ik het mailadres van moeder, zodat Robin haar alvast kan laten weten dat er een geschikte stage is.
Ik peins nog even door over de Nationale Prokkelstagedag. Het is toch wel een groot succes geworden, die dag, destijds bedacht door juniorkamer JCI Mariken – een soort Rotary voor jonge mensen – uit Nijmegen. Het blijkt een hele mooie laagdrempelige manier te zijn om elkaar beter leren kennen: “Door te werken laat ik zien wie ik ben”, dat geldt voor mensen met én zonder beperking. Het is mooi als er nog meer bedrijven mee gaan doen. Zouden we weer de beursgong mogen luiden? Meteen maar even bellen. Ja, donderdag 15 juni is nog vrij, het kan. Welk beursgenoteerd bedrijf zullen we daar dit jaar voor vragen? En wie kan ons daarbij helpen? Ik weet dat Ajax hoog op het verlanglijstje staat. Want de gong wordt natuurlijk geslagen door twee mensen: iemand met én iemand zonder beperking. Dus Ajax zou leuk zijn. Toevallig vertelde iemand tijdens de netwerkbijeenkomst in Haarlem dat hij contacten heeft met de Arena. Ik besluit hem te bellen. Natuurlijk wil hij meehelpen. Op de mail leg ik nog even uit wat de bedoeling is. Volgende week horen we meer van hem.
Het volgende telefoontje is van Lizette. Zij organiseert al jaren samen met cliënten allerlei Prokkelactiviteiten in haar wijk. Zij zouden dit jaar graag mee willen doen aan de ProkkelSterrenslag. Ze heeft al wat toezeggingen van organisaties die willen sponsoren. Hoe kan dat het beste geregeld worden? Ik leg haar uit hoe het crowdfundingplatform werkt. Ze gaat even overleggen en belooft een foto en wat tekst te mailen. Leuk om te merken dat er steeds meer belangstelling is voor de ProkkelSterrenslag. We gaan al aardig richting de 60 teams, nog 40 plekjes vrij. Het is ook leuk dat studenten van de HAN mee denken over de spelen zelf. Hoe kun je die nog wat rolstoelvriendelijker maken? Ik ben benieuwd waar ze mee gaan komen.
Ondertussen heeft collega Sharon contact met Stichting SWZ uit Son, een van onze partners uit de zorg. De belangstelling voor BeleidsProkkels in Den Haag is groot. We overleggen welke contacten we bij de Ministeries hebben. Het zou toch fijn zijn als iedereen die mee wil doen aan een BeleidsProkkel dat ook kan gaan doen. Gelukkig hebben we nog wat ijzers in het vuur.
Het zijn niet alleen de telefoontjes en mailtjes met allerlei mensen in het land waarom ik het werk bij de Prokkel zo leuk vind. Het is ook de samenwerking met Robin en Sharon, mijn twee heerlijke collega’s. We vullen elkaar mooi aan. Sharon is vooral van het bellen en Robin is van de social media. En ik, ik zit er een beetje tussen in. Wat we met elkaar delen is dat we het alle drie belangrijk vinden dat we een steentje bij kunnen dragen aan een samenleving waaraan iedereen mee kan doen. Dat we onze kantoorplek in Arnhem delen met collega’s van de LFB werkt daar ook aan mee.
Marian Geling, landelijk projectleider Stichting Prokkel